Parkeerruimte binnen onze gemeente is schaars. En elke laadpaal betekend op dit moment het vervallen van een bestaande parkeerplaats. Wat is de beste koers om als gemeente te varen: laadpalen aanleggen die binnen een paar jaar waarschijnlijk overbodig zijn, of wachten totdat de nieuwe technieken er zijn? Een lastige keuze omdat er enerzijds kapitaalvernietiging kan optreden, maar het anderzijds mogelijkheden biedt om als gemeente een eerste stap te maken naar een elektrisch wagenpark.
Huidige situatie
Dit artikel ben ik gaan schrijven omdat deze in korte tijd ter sprake kwam in een duurzaamheid werkgroep waar ik bij betrokken ben en een vriend van mij welke een laadpaal voor zijn deur heeft gekregen. Tijdens discussie met beide partijen (voor- en tegenstanders) wilde ik één en ander op papier zetten om hopelijk voor mezelf duidelijk te krijgen waar ik precies stond met dit onderwerp.
De argumenten van het tegenkamp zijn onder andere: Er zijn al zo weinig parkeerplaatsen. Nu staan naast de vele invalideparkeerplaatsen ook de elektrische auto plaatsen leeg. Waarom hebben ze niet overlegd over de locatie van deze laadplek. En dan hebben we natuurlijk ook de voordelen van het voorkamp. Als je geen laadpalen hebt, zullen de mensen ook nooit een elektrische auto nemen. Doordat je als gemeente laadpalen hebt, komen er daardoor toeristen naar Volendam. De laadplaatsen zijn nu nog leeg, maar als er meer auto’s bijkomen, zullen er weldra tekort laadplaatsen zijn.
Beide kampen hebben gelijk. Dus wat nu? Ik had zelf in eerste instantie de volgende mening. Als je in Edam-Volendam woont, dan ga je met een elektrische auto wel naar een winkelgebied, maar als je je auto moet opladen, dan zet je hem lekker voor je deur en gaat niet aan een “dure” gemeentelijke laadpaal hangen (even de locaties waar dit niet gaat daargelaten). Dus in mijn optiek zouden de laadplaatsen als ze gebruikt zouden worden, alleen gebruikt worden door personen niet afkomstig uit onze gemeente. Dat zou dus ook weer impliceren dat we dus laadplaatsen moeten gaan aanleggen in de gebieden waar dus veel toeristen komen, en niet in gewone woonwijken.
Of bovenstaande redenatie standhoudt weet ik niet. Tijdens een gesprek met een ambtenaar van onze gemeente gaf deze aan dat onze gemeente veel meer laadpalen heeft dan andere vergelijkbare gemeenten en ook meer elektrische auto’s heeft dan die andere gemeenten. Daarmee zou je dus stellen dat meer laadplaatsen = meer elektrische auto’s. Maar dat is helaas (vooralsnog) niet te controleren.
De laadpalen bevatten geen tellers, dus we weten niet of de ene laadplaats vaker gebruikt wordt dan andere. We weten dus ook niet of de laadpalen geld kosten of juist geld opleveren. Wat we ook niet kunnen vaststellen is of door de aanleg van de laadpalen er meer bewoners een elektrische auto kopen.
Gaan we dus nu meer geld uitgeven of laten we het zoals het is? Wat we niet moeten vergeten is dat onze gemeente dus wel een zeer grote adoptie heeft van elektrische auto’s. Dat moeten we dus stimuleren en tegenwerken. Hoe kunnen we hier nu de juist we in vinden.
Nieuwe technieken op komst
Er zijn nieuwe technieken op komst voor het opladen van de elektrische auto’s. Dit zal ter zijner tijd gaan door middel van inductie. Persoonlijk zit ik heel erg op deze techniek te wachten. Dit zal namelijk diverse problemen gaan oplossen. Als je door middel van inductie je auto gaan opladen, dan hoef je niet bepaalde plaatsen van een laadpaal te voorzien, maar je kunt gewoon onder alle parkeerplaatsen deze voorziening aanbrengen. Als er dan een elektrische auto gaat parkeren, dan wordt deze opgeladen (opladen, de betaling etc kan automatisch plaatsvinden), staat er een gewone auto, niets aan de hand dat kan namelijk ook. Op deze manier kunnen alle soorten auto’s daar staan. Dan hoef je geen onderscheid meer te maken en is dus een win win voor iedereen.
Inzicht in ge- en verbruik noodzakelijk
De vraag is echter hoe lang het nog gaat duren voordat deze techniek er is. Om hier duidelijkheid over te krijgen zou meer informatie uit de laadstations moeten komen. Hiervoor zijn wellicht aanpassingen nodig, maar dat zou volgens mij grote inzichten opleveren. De volgende punten moeten duidelijk zijn voor je een goede inschatting kan maken over juist gebruik en uitbreiding.
Maken bewoners uit onze gemeente gebruik van de laadpalen, of laden ze hun auto’s op terwijl deze voor “de deur” staat? Vele bedrijven hebben laadpalen. Laadt het personeel hun auto hier overdag op? Mogen de oplaadpunten bij bedrijven ook door “non medewerkers” worden gebruikt? Worden laadpalen in de centrums meer gebruikt dan laadplaatsen verder van het centrum af? Hoe lang mag je je auto op een publieke laadplaats laten staan? Wordt er gehandhaafd op het verplaatsen van het elektrische voortuig nadat deze is opgeladen? Wordt er geld verdiend aan de laadpalen?
De gemeente heeft helaas (nog) geen inzicht in de meeste van de bovenstaande vragen. Met dit inzicht zou je een goede en overwogen keuze kunnen maken of je meer oplaadpunten gaat faciliteren of wachten op de nieuwe generatie laadtechnieken. Natuurlijk zit er ergens een kantelpunt. Totdat we de antwoorden op de vragen uit bovenstaande alinea hebben, denk ik dat we in onze gemeente genoeg laadstations hebben en het beste zouden kunnen wachten op nieuwe technieken tenzij er vanuit de bevolking verzoeken komen om op een bepaalde locatie een laadstation te plaatsen. Maar op die specifieke verzoeken na, terughoudend zijn met het aanleggen van nog meer laadstations.
Simon Rikkers
Namens Fractie Volendam|80
